Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [20]Doe dan barmhartigheid aan uw knecht, want gij hebt uw knecht in een verbond des HEEREN met u gebracht; maar is er een misdaad in mij, zo dood gij mij; [21]waarom zoudt gij mij toch tot uw vader brengen? 20. Dat is, bewijs mij nu deze gunst en weldaad, dat gij mij bijtijds waarschuwt. 21. Te weten, om van hem gedood te worden. Alsof hij zeide: Gij zelf hebt macht om mij te doden indien ik het verdiend heb, zonder dat gij mij behoeft tot uw vader te brengen om van hem gedood te worden.